Zo’n moment dat lekker doorkabbelt, tot het opeens voorbij blijkt te zijn. Een abrupt einde. Zoals je vroeger in een discotheek nog staat na te genieten van de set die de DJ draaide en opeens en iets te snel de felle zaalverlichting aan gaat. En het barpersoneel jou met heel je nagenieten naar de garderobe veegt.
Dat gevoel.
Wil je me beloven dat jij je publiek gracieuzer naar jouw afronding brengt?
Don‘ts voor het einde van een presentatie
Een paar herkenbare foute eindes.
- “Zijn er nog vragen?”: Naast dat je opeens de bal bij het publiek legt, is het een behoorlijke sukkelzin. En de overgang is vaak vrij abrupt Komt dicht in de buurt van dat felle licht in die discotheek van hierboven.
- De ‘fade out’: Ken je ze nog? Die jaren ’80 nummers met hun fade-out? De climax is geweest het ijlt nog een tijdje na terwijl het steeds zwakker wordt – en je weet eigenlijk niet precies wanneer het nu is afgelopen…
- “Ik kan hier nog uren over praten, maar de tijd is op.” Oftewel: klinkt alsof je niet goed hebt gepland.
- “Bedankt voor uw aandacht!” Vrij standaard – en weinig impact. Daar is meer uit te halen!
Hoe doe je dat beter? Dit zijn een aantal suggesties voor een beter einde van je presentatie:
Geef een cue die het einde aankondigt
Lijn je presentatie op naar de afronding. Bijvoorbeeld door een korte pauze te laten vallen en dan de belangrijkste kernpunten samen te vatten: “Samengevat betekent dit dat…”.
Dat “samengevat” is een cue. Het publiek heeft daarmee een duidelijk signaal van de spreker dat de presentatie ten einde komt (en let daardoor beter op).
Zorg dat jij daarbij duidelijk centraal staat, in het midden van het podium en in het licht. Je kunt ook je beamer ook op zwart zetten zodat de aandacht volledig op jou komt te liggen.
Vat samen
Vat je (drie) kernpunten samen. Ga er niet (weer) dieper op in, maar herhaal ze.
Maak hier gebruik van de kracht van herhaling: gebruik dezelfde bewoording die je eerder gebruikte. En herhaal in beeld dezelfde herkenbare graphics, maar zet bijvoorbeeld samen op één dia.
Rond af wat afgerond moet worden
Wanneer je je presentatie opende met een verhaal of anecdote om jouw onderwerp te introduceren, is het einde het moment om dat af te ronden (als dat past).
Laat je publiek niet achter met vragen (die er waarschijnlijk niet toe doen). Dus vertel: Hoe is het afgelopen met Ingrid? Leefden ze nog lang en gelukkig? Heeft de troubadour uiteindelijk het zangfestival gewonnen? En hoe maak je nu die handtas uit een bakje aardbeien…?
Optioneel: Geef ruimte voor vragen en discussie
Nadat je hebt samengevat en je verhaal hebt afgerond met jouw conclusie, kun je je publiek ruimte geven om vragen te stellen aan het einde van je presentatie.
Vraag dan ieder geval niet: “zijn er nog vragen?”, want dat komt wat belerend over. Kies bijvoorbeeld voor een variant die het wat dichter bij jezelf houdt: “Zijn er dingen die ik kan verduidelijken?”
Of open de discussie door een stelling te poneren met de vraag wie het hiermee on/eens is en of iemand erop wil reageren.
Herhaal een vraag altijd in je eigen woorden. Dit is prettig voor de rest van het publiek die de vraag niet hebben gehoord, een manier voor jou en de vragensteller om te controleren of je de vraag hebt begrepen, en je kunt je gedachten een keer vaker over de vraag laten gaan.
Vat (nogmaals) samen
Jij bewaakt de eindtijd die het publiek is beloofd. Dus jij bepaalt wanneer de vragenronde voorbij is.
Hoe interessant jij het ook vind; als je publiek een eindtijd is beloofd, moet je die belofte waarmaken. Dus sluit op tijd af.
Maar laat nooit de vragen het einde van je presentatie zijn! Laat die cynische collega met die vileine, doch (toegegeven) ad-remme opmerking niet jouw moment stelen.
Sluit als spreker de vragenronde daarom af door te bedanken voor de goede inbreng. Maar dan ben je er nog niet!
Herhaal dan nogmaals jouw kernpunten en conclusies. Eventueel geef je publiek nog iets concreets mee waar ze na je presentatie mee direct iets mee kunnen, al dan niet op een hand-out.
Je laatste zin
Pas op met je publiek bedanken, maar wens je publiek bijvoorbeeld veel succes of een goede thuisreis.
Zo heb je een heel duidelijk einde.
En dat is voor het publiek ook prettig; dit is een duidelijk einde en voorkomt het gevoel van ‘Was dit het?’.
(En dan kun je langzaam het zaallicht aandoen en de bezem pakken).